La Mancha

Gebied 

Het gebied Castilla-La Mancha beslaat de gehele zuidelijke helft van de Centrale Meseta van Spanje. Het strekt zich uit over een uitgestrekt gebied van acht miljoen hectare (80.000 vierkante kilometer) en omvat vijf provincies: Albacete, Ciudad Real, Cuenca, Guadalajara en Toledo. Binnen deze regio zijn er vier D.O.'s: Méntrida, La Mancha, Valdepeñas en Almansa. Het is het leefgebied van de meest voorkomende wijnstok ter wereld, de Airén, die nergens anders wordt aangeplant. Dit onderstreept de omvang en betekenis van deze autonome gemeenschap. Ook wordt in dit gebied zo'n 50% van de totale wijnproductie in spanje geproduceerd.

Het landschap van Castilla-La Mancha wordt gedefinieerd door bergen en rivieren. In het noorden fungeert de Taag (el Tajo) als een natuurlijke grens met de regio Madrid, terwijl in het zuiden de Guadiana-rivier langs Valdepeñas stroomt, net ten noorden van de grens met Andalusië. Deze uitgestrekte vlakte wordt omringd door bergketens, waaronder de Sierra de la Calderine in het noordwesten, de Sierra Mestanza in het zuidwesten, de Loma de Chiclana in het zuiden, de Sierra de Alcaraz in het zuidoosten en de Sierra de Cuenca in het noordoosten. Ondanks deze natuurlijke barrières kan de wind de immense hoogvlakte nog steeds doorkruisen, zoals blijkt uit de beroemde windmolens van La Mancha. De winters in dit gebied kunnen ijskoud zijn, terwijl de zomers extreem heet zijn.

De reden is waarom veel van Spanje's grootste wijnbedrijven zich hier vestigden in de jaren '70 en '80 te wijten aan de relatief lage kosten voor land. Ze introduceerden nieuwe technologie en benutten volledig de overvloedige zonneschijn die de hoogvlakte dagelijks baadt.

Druiven 

De Airén is historisch gezien de meest aangeplante druif in de wereld terwijl deze enkel voorkomt in La Mancha, dit geeft wel aan hoe veel deze voorkomt. Deze druif word gebruikt voor de productie van witte wijnen. Airén-wijnen hebben meestal een milde zuurgraad en kunnen variëren van licht en verfrissend tot voller en rijker van smaak. Hoewel La Mancha bekend staat om zijn witte wijnen worden er ook veel rode wijnen gemaakt. Meestal worden dze gemaakt met de Tempranillo druif, Tempranillo levert rode wijnen op met smaken van rood fruit, kruiden en vaak een vleugje vanille door rijping in eiken vaten. De rode wijnen van Tempranillo kunnen zowel jong en fruitig als complex en verouderd zijn. Verder worden ook druiven als Garnacha, Mascuelo, Verdejo, Chardonnay en Sauvignon Blanc veel geproduceerd.